Ziekte Van Lyme - Brummen, Gelderland

Op deze pagina vindt u een zorgvuldig samengestelde lijst van de beste specialisten in Brummen, Gelderland voor de Ziekte van Lyme. Ontdek de deskundigen die u kunnen helpen bij de diagnose en behandeling van deze complexe aandoening.

Uitgelichte Ziekte Van Lyme specialisten in Brummen

Zoek naar de beste zorgaanbieders in uw omgeving

Bekijk ook:

Ziekte Van Lyme

Teken en door teken overdragen ziekten worden een steeds groter probleem in Nederland. De laatste jaren is het aantal (besmette) teken gestegen. Het aantal lymepatiënten is eveneens dramatisch toegenomen. Er is sprake van een verviervoudiging van het aantal gediagnosticeerde lymepatiënten in 15 jaar tijd van 6000 in 1994 tot 22.000 in 2009. Naar verwachting zal het aantal nieuwe lymepatiënten de komende jaren verder stijgen. Inmiddels draagt gemiddeld één op de vijf teken de ziekmakende Borrelia bacterie bij zich. Door grote problemen op het gebied van diagnose en behandeling worden veel lymediagnoses gemist met alle gevolgen van dien. Ook ontbreekt de kennis over de ziekte, de Borrelia bacterie die Lyme veroorzaakt en de behandeling van de ziekte. Voorlichting en preventie zijn belangrijke wapens in de strijd tegen de teek en tekenbeetziekten: voorkomen is beter dan genezen.

Teken, ziekteverwekker, co-infecties

De teek Teken zijn kleine geleedpotige parasieten die leven van bloed van de gastheer. De teek Ixodes ricinus komt het meest voor in Nederland en wordt ook wel gewone-, hout-, schapen- of hondenteek genoemd. Teken komen niet alleen in natuurgebieden voor, maar ook in stadsparken, op grasdijken, in weilanden en tuinen. Teken zijn het meest actief in het voorjaar, zomer en najaar, maar kunnen ook tijdens zachte winters gesignaleerd worden. In Nederland is naast de gewone teek, ook de dermacentorteek aangetroffen, een teek die normaal in het midden en zuiden van Europa voor komt. De teek ontwikkelt zich via een vervelling van larve tot nimf en vervolgens tot een volwassen teek. Het is een zogenaamde drie gastheren parasiet: in elk van zijn drie ontwikkelingsstadia zoekt de teek een nieuwe gastheer. Een gastheer kan een zoogdier, vogel maar ook een mens zijn. De beet van een teek is over het algemeen niet pijnlijk en wordt daardoor vaak niet opgemerkt. De nimfen zijn waarschijnlijk de belangrijkste overbrengers van de ziekte omdat ze erg klein zijn (ca. 1 mm.) en vaak niet worden gezien. Ziekteverwekker Lymeziekte is een complexe multisysteemziekte die veroorzaakt wordt door de bacterie Borrelia burgdorferi en overgebracht door een tekenbeet. Borrelia burgdorferi sensu lato (afgekort Bb sl) is een verzamelnaam voor vijftien verwante Borrelia soorten, waarvan er minstens vijf Lymeziekte kunnen veroorzaken. In Europa en dus ook in Nederland komen vooral B. afzelii, B. garinii, B. valaisiana, en in mindere mate B. burgdorferi sensu stricto voor. In de VS wordt vooral de Borrelia burgdorferi ss (sensu stricto) aangetroffen. Identificatie van het species is van belang voor de patiënt omdat bepaalde species geassocieerd zijn met een specifiek ziektebeeld. Zo blijkt B. afzelii vooral geassocieerd te zijn met ernstige huidafwijkingen, B. burgdorferi sensu stricto met gewrichtsontstekingen en B. garinii met neurologische afwijkingen. De klinische relevantie van groep B. valaisiana is nog onduidelijk, maar deze bacterie is wel gevonden in Nederlandse lymepatiënten. Omdat teken en andere organismen die de bacterie overbrengen zich makkelijk over de wereld verplaatsen en patiënten in het buitenland gebeten kunnen worden, is het belangrijk rekening te houden met andere dan de voor de betreffende regio bekendste Bb soorten. Sinds begin jaren zeventig is het aantal gevallen van Lymeziekte in gematigde streken explosief toegenomen. Een sluitende verklaring voor de sterke toename ontbreekt tot nu toe. Op het Noordelijk halfrond is Lyme inmiddels de belangrijkste door vectoren (stekende insecten, spinnen, teken etc.) overgebrachte infectieziekte. De ziekte is vernoemd naar het dorpje Lyme in Connecticut waar in 1975 een epidemie van deze ziekte optrad. Sinds de ontdekking van de oorzaak de Borrelia bacterie begin jaren tachtig is Lymeziekte een controversieel onderwerp. Er is veel onderzoek gedaan naar de Borrelia bacterie, maar de vooruitgang t.a.v. diagnose en behandeling was vooral de laatste 15 jaar minimaal. Een deel van de problematiek is terug te voeren op de unieke eigenschappen van Borrelia. Spirocheetvorm en pleomorfisme Borrelia burgdorferi is een spirocheet, een spiraalvormige bacterie met eigenschappen die sterk afwijken van die van 'gewone' bacteriën. Andere spirocheten zijn o.a. Treponema pp (veroorzaker van syfilis), Borrelia recurrentis (veroorzaker van relapsing fever) en Leptospira (veroorzaker van leptospirosen). Spirocheten hebben een zeer langgerekt, schroefvormig lichaam. Ze verplaatsen zich met een soort 'kurkentrekker' beweging relatief makkelijk in weefsel en zijn dus niet beperkt tot het bloed of andere lichaamsvloeistoffen. Borrelia is een pleomorf organisme: behalve de spirocheetvorm zijn er sterk afwijkende verschijningsvormen die te maken hebben met de levenscyclus van het organisme en bescherming tegen ongunstige omstandigheden. Borrelia kan zich snel inkapselen tot een cystevorm die relatief inactief is en waaruit later (als de omstandigheden gunstiger zijn) weer een spirocheet ontstaat. Rond de diverse verschijningsvormen en de voortplanting van Borrelia bestaan nog veel vragen. 'Stealth technologie' van de bacterie Borrelia kan alleen binnen een gastheer bestaan en maakt gebruik van allerlei vormen van 'stealth technologie' om de gastheer binnen te dringen en daar te overleven. Via het bloed kan de bacterie zich relatief snel door het lichaam verspreiden; verplaatsing gebeurt ook via het lymfestelsel, weefsels en zenuwbanen. De verplaatsing van Borrelia bacteriën in de huid veroorzaakt de voor Lyme kenmerkende EM (erythema migrans). Borrelia varieert regelmatig zijn antigenen, zodat als het ware de bacterie steeds een andere vermomming gebruikt en het afweersysteem er geen greep op krijgt. De patiënt maakt dan wel antilichamen tegen Bb, maar ze hebben geen blijvend effect omdat steeds nieuwe Bb varianten verschijnen, zo wordt verondersteld. De variatie van antigenen maakt het moeilijk om blijvende immuniteit tegen de bacterie op te bouwen en is een probleem bij ontwikkeling van vaccins. Het afweersysteem wordt door Borrelia niet alleen omzeild maar ook gemanipuleerd. Delen van de afweer worden onderdrukt, terwijl andere delen gebruikt worden om weefsel van de gastheer te beschadigen en binnen te dringen. Al kort na een tekenbeet kan Borrelia de bloed-hersen barrière passeren en doordringen in het centraal zenuwstelsel. De bacterie heeft een voorkeur voor weefsels waar het bloed minder goed doordringt en/of de afweer minder effectief is, zoals hersenen, oog, huid, bindweefsel en gewrichtskapsels. Mogelijk beschermt de bacterie zich daarbij extra via zgn. biofilms. Borrelia kan diverse soorten cellen, zoals B- en T-cellen in het bloed, zenuwcellen, endotheelcellen en fibroblasten binnendringen en daar overleven. Binnen een lichaamscel is Borrelia vrijwel ongrijpbaar voor het afweersysteem, diagnostische testen en de meeste antibiotica; hetzelfde geldt voor diverse afwijkende Bb verschijningsvormen. Co-infecties Naast de ziekte van Lyme kunnen ook andere ziekteverwekkers door teken worden overgedragen, de zogenoemde co-infecties. Uit een tussenreportage van een onderzoek van het RIVM onder huisartsen blijkt 50% van de onderzochte teken één of meer ziekmakende micro-organismen bij zich te dragen. Behalve Borrelia kunnen door een tekenbeet nog andere infecties (zgn. co-infecties) worden overgebracht die soms vergelijkbare symptomen veroorzaken en een bestaande Lyme infectie verergeren en behandeling ervan ernstig bemoeilijken. Als in Nederland voorkomende co-infecties worden door het RIVM genoemd: Rickettsia, Erlichia/ Anaplasma en Babesia. In dit rijtje komt Bartonella niet voor ondanks dat deze aandoening steeds vaker als co-infectie bij lymepatiënten wordt gevonden. FSME/TBE (Fruh Sommer Meningo Encephalitis/ Tick Borne Encephalitis) komt verspreid over Europa voor. In Nederland is FSME nog niet aangetroffen. Wel onder andere in Duitsland, Frankrijk en Scandinavië.