Uitgelichte slechthorendheid specialisten in Limburg
MCK Kruisstraat Huisartsenpraktijk
Kerkrade,
Limburg
Storken A G M & Kruijssen F A M Huisartsen
Leudal,
Limburg
Huisartsenpraktijk Aarveld Medisch Centrum
Heerlen,
Limburg
Roermond,
Limburg
Onder 3 Daken Huisartsenpraktijk
Leudal,
Limburg
Beekdaelen,
Limburg
Vind een slechthorendheid specialist in uw gemeente
Zoek naar de beste zorgaanbieders in uw omgeving
Bekijk ook:
Slechthorendheid
Slechthorendheid (SH) is een benaming voor iemand die geen normaal gehoor meer heeft, maar nog wel enkele geluiden of trillingen kan waarnemen. Als norm voor slechthorendheid geld een gehoorverlies van meer dan 20 dB(A) (=decibel). Doofheid Slechthorendheid is niet hetzelfde als doofheid. Men spreekt van doofheid als iemand zelfs met een hoortoestel een gesprek met één persoon niet kan volgen. Veel slechthorenden kunnen (zij het soms met moeite) de menselijke stem horen en verstaan. Dat betekent dat slechthorende kinderen over het algemeen beter leren spreken dan dove kinderen, omdat ze hun eigen stem kunnen horen.
Oorzaken
De oorzaak van slechthorendheid is niet altijd duidelijk. De meest voorkomende oorzaken zijn:
- Verstopping van de gehoorgang door een prop oorsmeer: Dit komt vaak voor. Ook bij mensen met een hoortoestel. Een hoortoestel duwt het oorsmeer namelijk in de gehoorgang terug.
- Ontsteking van de gehoorgang: Zwelling van de huid van de gehoorgang en ontstekingsvocht kunnen de gehoorgang tijdelijk afsluiten. De ontsteking komt vaak door irritatie van de huid van de gehoorgang, bijvoorbeeld bij dragers van een hoortoestel.
- Verkoudheid. Tijdens een verkoudheid kan de buis van Eustachius verstopt raken. Dit is het buisje tussen uw middenoor en neus-keelholte. Er ontstaat vocht in het middenoor en het trommelvlies kan niet vrij bewegen. Soms kunt u hierdoor tijdelijk minder horen.
- Ontsteking van het middenoor (oorontsteking). Door de ontsteking zwelt het slijmvlies en komt er vocht in het middenoor. Ook kan het trommelvlies niet vrij bewegen. Hierdoor hoort u tijdelijk minder.
- Een ophoping van huidcellen en oorsmeer die in het middenoor ruimte inneemt. Dit heet een cholesteatoom.
- Scheurtje in het trommelvlies. Het trommelvlies van een oor kan scheuren door bijvoorbeeld oorontstekingen.
- een voorwerp (oorstokje) dat te diep in het oor komt.
- plotselinge verandering van de luchtdruk op het trommelvlies, zoals bij een harde knal of ontploffing (vuurwerk), bij een klap tegen het oor of bij duiken.
- Lawaai. Van regelmatig veel lawaai of veel te luide muziek (popconcert, discotheek, muziekinstallaties) kunt u lawaaidoofheid en oorsuizen krijgen. Eén keer een enorm lawaai (geweerschot) kan al direct blijvende gehoorschade veroorzaken. Maar ook minder harde geluiden (muziek via oordopjes, verkeerd afgestelde koptelefoons, machines op het werk) kunnen lawaaidoofheid veroorzaken, als u ze vaak of langdurig hoort. Lawaai geeft op den duur blijvende beschadiging.
- Erfelijkheid. Erfelijkheid kan bij slechthorendheid een rol spelen. In sommige families zijn er per generatie telkens een aantal personen die op jonge leeftijd (tussen 40 tot 50 jaar) slechthorend worden.
- Verkalking. De gehoorbeentjes kunnen vast gaan zitten door verkalking (otosclerose). Hierdoor vermindert het gehoor geleidelijk. Otosclerose komt in sommige families meer voor. Erfelijkheid speelt hierbij een rol. De gehoorbeentjes kunnen door een operatie weer worden losgemaakt of vervangen.
- Ouder worden. Geleidelijk minder gaan horen op oudere leeftijd is een normaal verouderingsverschijnsel. Harde geluiden worden onaangenaam en het wordt lastig te herkennen uit welke richting een geluid komt. De medische term hiervoor is presbyacusis. De leeftijd waarop dit begint, verschilt en is deels erfelijk.
- Plotselinge doofheid (sudden deafness). Hierbij hoort u opeens aan één oor (bijna) niets meer. Meestal gebeurt dit binnen enkele seconden tot minuten. Soms binnen 3 dagen. Plotselinge doofheid ontstaat zonder aanleiding of aantoonbare oorzaak. Soms komt het door een infectie.
- Slechthorendheid kan ook een bijwerking zijn van bepaalde medicijnen (zoals sommige antibiotica en antimalariamiddelen). Dit komt zelden voor.
- Er zijn aanwijzingen dat roken en diabetes mellitus de kans op slechthorendheid vergroten.
- Slechthorendheid komt vaker voor bij mensen met een verstandelijke beperkingen of het syndroom van Down.