Schimmelnagels zijn nagels door een schimmel of een gist zijn aangetast.
Schimmelnagels worden ook wel 'kalknagels' genoemd. Dit is geen juiste benaming, want de nagelafwijking heeft niets met kalk te maken.
Gisten en schimmels vormen zogenaamde sporen in het nagelbed, die jarenlang actief kunnen blijven en moeilijk zijn weg te krijgen. Ze kunnen van de ene op de andere persoon worden overgedragen.
De eerste verschijnselen zijn een gelige of witte verkleuring van de nagel, vaak van de tenen, maar soms ook van de vingers. In een later stadium ontstaat een dikke, brokkelige laag onder de nagel, die de nagel wat omhoog duwt. Ook de nagel zelf kan verzwakken en sneller afbrokkelen. Soms ontstaan pijnklachten door de druk van schoenen.
Schimmelnagels hoeven vrijwel nooit te worden behandeld. Het voorkómen ervan is de beste aanpak. Het gaat er om de huid van de voet in goede conditie te houden:
Als er ook andere ziektes in het spel zijn, zoals suikerziekte of slechte doorbloeding van de voeten, kan behandeling nodig zijn.
Geeft de infectie klachten of breidt de infectie zich uit naar het nagelbed? Dan kunt u met uw arts bespreken of antischimmelpillen in uw situatie zinvol zijn. Antischimmelzalven of crèmes helpen niet bij schimmelnagels.
Antischimmelpillen kunnen dus wel helpen, maar helaas niet altijd. Daarnaast kunnen ze veel bijwerkingen hebben. Voor de beslissing om wel of geen antischimmelpillen in te nemen moet u een aantal dingen weten:
Een kuur met antischimmelpillen duurt meestal drie maanden. Als u samen met uw huisarts hiervoor kiest, bespreekt u of u de pillen iedere dag slikt of een week van elke maand (dit heet pulsbehandeling).