Lymfoedeem of lymphoedema betekent dat zich te veel lymfevocht op bepaalde plaatsen, bijvoorbeeld in het been, ophoopt. Het is een van de mogelijke vormen van oedeem. Het wordt lymfoedeem genoemd als de oorzaak in de lymfe gelegen is. Het is te beschouwen als een verstoord evenwicht tussen de productie en de afvoer van lymfevocht.
Er bestaan twee soorten lymfoedeem: primair en secundair.
Vroege symptomen bij zowel primair als secundair lymfoedeem zijn onder andere passagère zwelling, stuwend gevoel, pijn, tintelingen, gevoel van een zware extremiteit en functiebeperking. Vroege symptomen kunnen, zeker bij risicogroepen, de eerste tekenen zijn van een tekortschietend lymfafvloedsysteem, nog voordat er zwelling ontstaat. Voor vroegtijdige diagnostiek is herkenning van juist deze vroege kenmerken essentieel.
Alleen het teken van Stemmer, voor het eerst gepubliceerd door Robert Stemmer in 1976, wordt internationaal gezien als een bewezen methode om lymfoedeem vast te stellen (Stemmer 1976). Het Stemmer teken is positief als het niet lukt om met behulp van een handgreep een huidplooi van de voetrug op te tillen ter hoogte van de basisfalanx tussen de tweede en derde teen. Het teken van Stemmer is zeer bruikbaar voor lymfoedeem aan het been (Stemmer 1999). Voor vroegdiagnostiek van lymfoedeem (secundair aan oncologische behandeling aan de armen, genitale regio, hoofd-hals regio en zelf het been) is Stemmers teken niet bruikbaar.
Er wordt onderscheid gemaakt tussen aangeboren of primair lymfoedeem en verworven of secundair lymfoedeem.
Secundair lymfoedeem komt vaker voor en ontstaat door een invloed van buitenaf:
De behandeling van lymfoedeem is meestal langdurig en intensief.
Er zijn twee fasen te onderscheiden:
In de ontstuwingsfase worden verschillende behandelingen ingezet om zo snel en zoveel mogelijk vermindering van het oedeem te bereiken. Het is een intensieve fase waarbij soms wel dagelijks behandeld wordt.
De behandeling bestaat uit een combinatie van:
In de onderhoudsfase ligt de nadruk op het stabiel houden van het lymfoedeem en het voorkomen van complicaties. Daarbij worden dezelfde behandelingen als in de ontstuwingsfase voorgeschreven, maar minder frequent.
De tweede fase is levenslang, aangezien Lymfoedeem een chronische aandoening is.