Bij hypothyreoïdie maakt de schildklier te weinig hormoon aan.
De schildklier zit aan de voorkant van uw hals, onder de adamsappel. De schildklier maakt het hormoon en geeft het af aan het bloed. In het lichaam stimuleert het hormoon de stofwisseling.
Door minder schildklierhormoon in het bloed, wordt de stofwisseling dus ook minder gestimuleerd. De stofwisseling is daardoor langzamer.
Hypothyreoïdie komt vijf keer vaker voor bij vrouwen dan bij mannen. De kans op hypothyreoïdie wordt groter naarmate u ouder wordt.
Congenitale hypothyreoïdie (CH)
Congenitale hypothyreoïdie (CH) is een aangeboren aandoening van de schildklier. De schildklier is een klein orgaan dat voor in de hals zit. Congenitale hypothyreoïdie kan verschillende oorzaken hebben. Soms is de oorzaak een verandering in het erfelijk materiaal. Dan is de aandoening erfelijk. CH kan ook ontstaan door invloeden vanuit de omgeving tijdens de zwangerschap.
Bij congenitale hypothyreoïdie werkt de schildklier bij de geboorte te langzaam. Of heeft de schildklier zich niet of maar voor een deel gevormd. Als baby?s met CH hun schildklier, of een deel ervan, wel hebben, werkt deze vaak tijdelijk te langzaam. Maar als er geen schildklier is, is CH meestal blijvend.
Mogelijke oorzaken van hypothyreoïdie zijn:
Het schildklierhormoon komt in het bloed en heeft invloed op uw hele lichaam. Te weinig schildklierhormoon kan de volgende verschijnselen geven:
Soms zijn de klachten niet zo duidelijk en wordt de ziekte niet makkelijk herkend.
De behandeling van hypothyreoïdie met als oorzaak een niet-functionerende schildklier, bestaat uit een kleine dagelijkse dosis van het synthetische schildklierhormoon levothyroxine. Dit geeft over het algemeen een snelle verbetering van de klachten. De patiënt moet het hormoon levenslang blijven gebruiken. Hoewel de behandeling levensreddend is zal de kwaliteit van leven van deze patiënten niet altijd terugkeren naar het niveau van voor de aandoening. Een klein deel houdt klachten.