Bloedplaatjes tekort - Arnhem, Gelderland

Uitgelichte Bloedplaatjes tekort specialisten in Arnhem

Zoek naar de beste zorgaanbieders in uw omgeving

Bekijk ook:

Bloedplaatjes Tekort

Trombocytopenie is het symptoom dat er te weinig bloedplaatjes (trombocyten) in het bloed aanwezig zijn. Een 'normaal' mens heeft tussen de 150 en 450 miljard bloedplaatjes per liter bloed. (Bij het bepalen hiervan is het wel van groot belang de telling snel na het afnemen te doen, aangezien het aantal bloedplaatjes hierna snel daalt). Boven de 50 miljard bloedplaatjes is er klinisch zelden een probleem.

Oorzaak

De oorzaak van het symptoom kan liggen in een verminderde aanmaak, in een verhoogd verbruik, in het wegvangen van bloedplaatjes door een orgaan zoals de milt, of in een combinatie hiervan. Normaal breekt de milt bloedplaatjes die niet meer actief zijn, af. Bij trombocytopenie breekt de milt soms ook nog actieve bloedplaatjes af. De bloedplaatjes van gezonde mensen (tussen de 150 tot 450 miljard per liter bloed) zijn ongeveer 10 dagen actief. Het lichaam maakt normaal continu grote aantallen bloedplaatjes aan.

  • verminderde productie
  • gebrek aan vitamine B12 of foliumzuur
  • beenmerginfiltratie zoals leukemie of myelodysplastisch syndroom
  • erfelijke ziektes zoals het TAR-syndroom, Syndroom van Wiskott-Aldrich of X-gebonden trombocytopenie
  • perifeer verbruik
  • idiopathische trombocytopenische purpura (ITP)
  • thrombotische thrombocytopenische purpura (TTP)
  • hemolytisch-uremisch syndroom (HUS)
  • Gedissemineerde intravasculaire coagulatie (DIC) ofwel Diffuus Intravasale Stolling (DIS)
  • paroxismale nachtelijke hemoglobinurie
  • antifosfolipidensyndroom
  • door reacties op medicijnen:
  • veel gangbare middelen veroorzaken soms trombocytopenie. Valproaat en
  • Chemotherapeutica doen dat soms in een dosis-afhankelijke mate door
  • beenmergonderdrukking; andere geneesmiddelen veroorzaken soms trombocytopenie door immunologische mechanismen. Hierin zijn ook weer twee typen te onderscheiden:
  • het Fab deel van de antistof wordt aan plaatsje gebonden onder invloed van het geneesmiddel;, waardoor deze worden vernietigd. Het Fc-deel van het antilichaam is nierbij niet betrokken. voorbeeld: kinidinemiddelen.
  • Het Fab-deel van een antilichaam bindt aan plaatjesfactor 4 (PF4). Bij aanwezigheid van heparine of andere geneesmiddelen bindt het Fc deel zich aan receptors op de bloedplaatjes waardoor de plaatjes geactiveerd worden.
Ook knokkelkoorts (dengue) is een bekende oorzaak van trombocytopenie gepaard gaande met koorts.