Inhoud
De ziekte van Osgood Schlatter is een verbeningsstoornis op de plaats van de aanhechting van de kniepees aan het scheenbeen. Daar zit bij iedereen een benig botuitsteeksel. Bij pijnklachten door Osgood Schlatter, steekt de bobbel vaak sterker naar buiten.
De ziekte is voor het eerst beschreven door de Amerikaanse chirurg Robert Osgood en de Zwitserse chirurg Carl Schlatter, onafhankelijk van elkaar in 1903.
De klachten treden vooral op in de leeftijd van 8 tot 15 jaar en komt meer voor bij jongens dan bij meisjes.
Symptomen
Het ontstaat wanneer ze in de groeispurt zijn en aan sport doen. Er ontstaat een zichtbare bult onder de knie die gevoelig is en warm aanvoelt. Klachten ontstaan vooral na het sporten waarin veel gerend, gesprongen of geknield wordt. Er ontstaan grote krachten op de kniepees en de bult doet pijn. De aanhechting van de kniepees op het scheenbeen is geïrriteerd en ontstoken en vaak vormt zich op den duur na enige maanden op die plaats wat meer botweefsel dan normaal.
Oorzaak
De oorzaak wordt geacht te liggen in overbelasting. Osgood Schlatter komt vooral voor bij kinderen die veel sporten of bewegen (springen, rennen, knielen en traplopen kunnen van invloed zijn).
Er wordt vanuitgegaan dat door trekkracht (tractie) aan dit verbeningspunt (op de plaats van de aanhechting van de kniepees aan het scheenbeen, het zogenaamde ossificatiepunt) er micro-letseltjes ontstaan of ontsteking van de pezen, waardoor de klachten van Osgood-Schlatter ontstaan.
Behandeling
Als men bij klachten de activiteiten aanpast, verdwijnen de klachten vanzelf. Omdat deze vorm van pijn een waarschuwingssignaal is, worden geen pijnstillers voorgeschreven. Huisartsen of orthopeden adviseren meestal om een periode weinig aan sport te doen om zo de knie wat rust te gunnen. Rond de 17-jarige leeftijd verdwijnen de klachten in de meeste gevallen.
Een aantal behandelingsmethoden:
- Vooral rust en de belasting sterk verminderen en dit voor een lange periode : 3 tot 6 maand. Aanvankelijk volledige rust gedurende 2 maanden.
- Houding: fietsen met kleine versnelling en zadel hoog. Vermijd hurken of lang zitten met opgetrokken knieën.
- Anti-ontstekingsgel: daar het letsel zeer oppervlakkig ligt is het aanbrengen van ijs en anti-ontstekingsgel na de sportbeoefening zinvol.
- In ernstiger gevallen kunnen NSAI (anti-ontstekingsmedicatie) genomen worden.
- Patellabandje: dit vermindert de kracht van de quadriceps en zo de rek op de tuberositas.
De bult onder de knie zal blijven maar daar zal geen directe hinder meer van worden ondervonden, tenzij je op die knie gaat zitten, dat kan pijnlijk zijn.
