zorgaanbieders
Zorgaanbieders
Zoek en vind uw zorgaanbieder bij u in de buurt of in een bepaalde regio
Informatie over Ruggenmergtumor

Er verschillende soorten ruggenmergtumoren. Om wat voor een soort tumor het in elk specifieke geval gaat kan alleen worden bepaald door tumorweefsel te verwijderen en onder de microscoop te onderzoeken. Dat is alleen mogelijk als er door middel van een operatie tumorweefsel is verwijderd. In veel gevallen kan echter met b.v. MRI al wel een vermoeden bestaan van het soort tumor waar het om gaat. Wanneer een uitzaaiing in het spel is is mogelijk al de z.g. primaire tumor bekend. De belangrijkste tumoren zijn:

Tumoren van de wervel zelf

  • Metastasen: Wanneer sprake is van een tumor in een ruggenwervel, gaat het heel vaak om een uitzaaiing van kwaadaardige cellen vanuit een tumor ergens anders in het lichaam.
  • Bottumoren: Deze tumoren zijn heel zeldzaam, en zijn meestal goedaardig. Vaak veroorzaken ze alleen pijnklachten, maar op den duur kunnen ze eveneens verdringing van zenuwweefsel (zenuwwortels of ruggenmerg) veroorzaken, en daardoor gepaard gaan met neurologische verschijnselen.

Extrinsieke ruggenmergtumoren

  • Meningeoom: Goedaardige tumoren in de weefsellagen die het ruggenmerg bedekken (meninges).
  • schwannoom: (Meestal) goedaardige tumoren die ontstaan uit de cellen die de myelineschede vormen rond de perifere zenuwvezels (Schwann-cellen).

Intrinsieke ruggenmergtumoren

  • Astrocytoom: Goedaardige of kwaadaardige tumoren die ontstaan in het weefsel dat de zenuwcellen ondersteunt (astrocyten).
  • Ependymoom: Goedaardige tumoren die uitgaan van de cellen waarmee het kanaal in het midden van het ruggenmerg is bekleed.
  • Lipoom: Dit type tumor bestaat uit vetcellen, en komt meestal voor bij spina bifida.

Symptomen

De symptomen van een tumor van de wervelkolom worden door de druk op het ruggenmerg en de zenuwwortels veroorzaakt. Druk op het ruggenmerg kan leiden tot rugpijn, toenemende verlammingsverschijnselen, gevoelsvermindering in het gebied onder het samengedrukte gedeelte, impotentie en verlies van blaas- en darmcontrole. Ook kan de bloedtoevoer naar het ruggenmerg door de druk worden geblokkeerd, waardoor afsterven van weefsel, vochtophoping en zwelling optreden. Door vochtophoping kan de bloedtoevoer verder worden geblokkeerd, waardoor een vicieuze cirkel van beschadiging ontstaat. Druk op de wortels van de ruggenmergzenuwen kan leiden tot pijn, gevoelloosheid, tintelingen en spierzwakte in de spieren die door de samengedrukte zenuwwortel worden geïnnerveerd. Een tumor die in het ruggenmerg is ontstaan, veroorzaakt gevoelloosheid, tintelingen en spierzwakte, maar hoeft geen pijn tot gevolg te hebben.

Behandeling

Chirurgie is doorgaans de eerste keus van behandeling bij patiënten die verdacht worden van een tumor in of rond het ruggenmerg. Afhankelijk van het type tumor volgt alsnog een aanvullende behandeling.

Bij patiënten met een glioom (ependymoom, astrocytoom) kan aanvullende radiotherapie gegeven worden.