zorgaanbieders
Zorgaanbieders
Zoek en vind uw zorgaanbieder bij u in de buurt of in een bepaalde regio
Informatie over Glaucoom

Glaucoom is een chronische oogaandoening. Hoe glaucoom precies ontstaat is nog onbekend. Bij de meest voorkomende typen glaucoom speelt een verstoring van de afvoer van het kamerwater in het oog een rol. De verhoogde oogdruk die daardoor ontstaat, beschadigt de oogzenuw. Bij aanhoudende verhoogde oogdruk sterven de oogzenuwvezels geleidelijk af waardoor delen van het perifere gezichtsveld verdwijnen. Glaucoom kan echter ook ontstaan bij een normale oogdruk.

Vroege opsporing van glaucoom is belangrijk; met een tijdige behandeling in een vroeg stadium kan de schade aan het gezichtsveld worden beperkt of de progressie ervan worden vertraagd. Onbehandeld glaucoom kan tot blindheid leiden.

Oorzaken

Een van de oorzaken van glaucoom is een verhoogde oogdruk. Deze kan veroorzaakt worden door een afsluiting van het kanaal van Schlemm. Het oogvocht kan niet worden afgevoerd en hoopt zich op in het oog. De ziekte kan erfelijk zijn.

Bij glaucoom wordt de druk in de oogbol te hoog als gevolg van een verhoogde productie dan wel vertraagde afvoer van kamervocht. Bij gezonde ogen ligt de oogdruk tussen de 10 en 21 mm Hg. Bij een druk hoger dan 21 mm Hg is de kans op het ontstaan van schade van de oogzenuw en derhalve van glaucoom verhoogd. De oorzaak van de verhoogde oogboldruk is niet altijd duidelijk.

Er is ook een vorm van glaucoom die acuut kan optreden, door het plotseling afsluiten van de natuurlijke afvoer van het oogvocht, die zich in de kamerhoek bevindt, waar de iris aan de rand bijna tegen de cornea aanligt. Het wordt vaak uitgelokt door omstandigheden met een wijde pupil (vaak 's nachts, soms na de toediening van pupilverwijdende oogdruppels). Dit is meestal heftig pijnlijk met fotofobie, roodheid, en tranen van het oog. Dit kan spontaan optreden of als late complicatie bij een aantal andere oogaandoeningen. Het is een indicatie voor een spoedconsult bij een oogarts. Glaucoom kan echter ook voorkomen als gevolg van traumata, intraoculaire bloedingen of worden geïnduceerd door medicijngebruik (door bijvoorbeeld corticosteroïden).

Als gevolg van de verhoogde oogboldruk worden de zenuwvezels van de gezichtszenuw langzaam aangetast. Omdat met name het perifere gezichtsveld uitvalt, dat relatief gezien slechts weinig bijdraagt aan het zien, valt glaucoom in de beginperiode niet of nauwelijks op. Naarmate het centrale gezichtsveld in gevaar komt, wordt het gezichtsveldverlies opgemerkt. Afhankelijk van de oorzaak van glaucoom kunnen beide ogen aangedaan zijn; meestal is er een verschil in ernst van de gezichtsvelduitval tussen beide ogen.

Naarmate men ouder wordt, stijgt de kans op glaucoom. Ook verziend- of bijziendheid, of een afwijking in de bloedvaten verhogen de kans op glaucoom.

Behandeling

Behandeling is mogelijk met oogboldrukverlagende geneesmiddelen. Indien men de druk genoeg verlaagt, kan een toename van het verlies van het gezichtsveld tegengehouden worden. Middelen als pilocarpine in oogdruppels of als gel bevorderen de afvoer van vocht in de voorste oogkamer door de pupil te verkleinen (miotica) waardoor de kamerhoek open wordt getrokken. Bètablokkers zoals timolol verminderen de productie van dit vocht; koolzuuranhydraseremmers zoals acetazolamide remmen de productie; alfa2-agonisten verhogen zowel de afvoer als remmen de productie; prostaglandine-analogen (latanoprost, unoprostone, bimatoprost, tafluprost, travoprost) verhogen de afvoer weer.

Als geneesmiddelen niet helpen, kan er voor gekozen worden om met een laser de oogdruk te verlagen. Als ook dat niet helpt, kan ook een operatie worden uitgevoerd, een trabeculectomie. Hierbij wordt een kunstmatige afvoer gecreëerd; dit kan op verschillende manieren. Een laatste optie is een glaucoomimplant.

Reeds verloren gegane delen van het gezichtsveld komen hiermee niet terug; behandeling dient alleen om erger te voorkomen. Om deze reden zou eigenlijk bij iedereen boven de 40 jaar, zeker als glaucoom in de familie voorkomt, af en toe de oogboldruk moeten worden gemeten. Aanleg voor glaucoom kan erfelijk zijn. Naast oogartsen hebben ook veel opticiens hiervoor de apparatuur in huis. Tenslotte komt het ook wel eens voor dat de afwijkingen die bij glaucoom worden gezien, optreden zonder dat de oogboldruk meetbaar verhoogd is.