zorgaanbieders
Zorgaanbieders
Zoek en vind uw zorgaanbieder bij u in de buurt of in een bepaalde regio

HORIZON CENTRUM VOOR ALTERNATIEVE THERAPIEEN CARLA GRONIGER

Slaghekkenweg 16/A
7497NB, BENTELO
Telefoon: 0547-293012
meer info >>
3.9Km

ANNINK NATUURGENEESKUNDIG THERAPEUT GERARD

Kalanderstraat 24
7621TA, BORNE
Telefoon: 06-50652816
meer info >>
4.0Km

HEUPERMAN PRAKTIJK VOOR OSTEOPATHIE L V

Stationsstraat 11
7622LW, BORNE
Telefoon: 074-2671829
meer info >>
4.3Km

HAND IN DE

Jacob Catsstraat 20
7551BE, HENGELO (OV)
Telefoon: 074-2506964
meer info >>
4.7Km

RUSELER KINDER- EN JEUGDPSYCHOLOGIE MARLIES

Beursstraat 9/A
7551HP, HENGELO (OV)
Telefoon: 074-2596320
meer info >>
5.4Km


Alternatieve Geneeswijzen informatie

Inhoud

Onder alternatieve geneeswijzen vallen alle therapieën, geneesmiddelen en diagnostische handelingen, die niet regulier zijn. Deze geneeswijzen worden door zowel artsen als door niet-artsen uitgeoefend. Naast genezing of behandeling van een ziekte kunnen ze ook persoonlijke groei en relaxatie tot doel hebben. De meest toegepaste geneeswijzen zijn: homeopathie, acupunctuur, paranormale geneeswijzen, natuurgeneeskunde (zoals Regenesis) en antroposofische geneeskunde.

Terminologie

De term alternatieve geneeswijzen heeft een aantal synoniemen. De meest voorkomende zijn alternatieve geneeskunde, alternatieve behandelingen, complementaire geneeswijzen, additieve geneeswijzen of niet-conventionele geneeswijzen. De Engelse term Complementary and Alternative Medicine (CAM) wordt ook gebruikt.

De term alternatief is eigenlijk niet juist, omdat dit impliceert dat het een alternatief zou moeten zijn voor de reguliere geneeskunde. Inmiddels wordt sinds enkele jaren de term geïntegreerde geneeskunde meer gebruikt, om aan te geven dat reguliere en complementaire behandelvormen naast elkaar ingezet worden om de patiënt te helpen.

De term alternatieve geneeswijzen is in Nederland gangbaar geworden toen in 1981 prof. dr. P. Muntendam het rapport Alternatieve Geneeswijzen in Nederland presenteerde. In de politiek en in de medische wetenschap worden deze behandelingen meestal formeel aangeduid met de term "niet-conventionele geneeswijzen" (betekenis conventioneel = wat door het vaste gebruik bepaald is).

Met de invoering in Nederland van de Wet Uitvoering Geneeskunst (WUG) in 1865 ontstond er een scheiding tussen de universitaire geneeskunde en de overige geneeswijzen. De universitaire artsenij kreeg door deze wet wettelijke bescherming. De term alternatieve geneeswijze wordt in Nederland eigenlijk pas sinds de jaren tachtig van de twintigste eeuw op grote schaal gebruikt, nadat de Commissie Muntendam een rapport uitbracht aan de Nederlandse regering met aanbevelingen om een aantal alternatieve behandelingen wetenschappelijk te laten onderzoeken.

Een klein deel van de reguliere artsen in Nederland studeert verder in alternatieve richtingen zoals homeopathie, chiropraxie, manuele therapie, antroposofie, osteopathie of acupunctuur. De alternatieve artsenverenigingen in Nederland vertegenwoordigen circa 1500 alternatieve artsen. Het werkelijke aantal ligt echter rond de 1000 (bijvoorbeeld door artsen die zowel homeopathie als acupunctuur bieden). Het aantal beoefenaars van de alternatieve geneeswijzen die geen artsenopleiding hebben is in Nederland groter, omdat het geen beschermde beroepsgroep is: iedereen kan zich zonder opleiding therapeut noemen. Wel wordt van alternatieve behandelaars door de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) enige zorgvuldigheid verlangd.

Geschiedenis

Geneeskunde is van alle tijden. Sinds Claudius Galenus (150 na Christus) werd algemeen verondersteld dat ziekten veroorzaakt werden door een onbalans in de vier lichaamssappen, te weten: slijm, bloed, zwarte en gele gal (gebaseerd op de vier elementen, water, vuur, aarde en lucht en de vereniging van hun eigenschappen; warm, koud, nat en droog). Therapieën waren gebaseerd op het weer in harmonie brengen van deze lichaamssappen (zoals door middel van aderlaten, braken of laxatie). Men noemde deze theorie de humorenleer.

Sinds de middeleeuwen konden er twee soorten geneeskundigen worden onderscheiden. Vooreerst had men de theoretici, de doctores medicinae. Naast deze theoretici waren er de uitvoerenden, de barbiers en chirurgijnen. Deze behandelaars deden allerlei ingrepen met het mes (met name aderlaten), verzorgden wonden en zweren, behandelden breuken en voerden ook amputaties uit. Zij stonden in veel lager aanzien dan de doctores medicinae. Tussen hen bestond nauwelijks overdracht van opgedane kennis.

Vanaf de Renaissance groeien religie, filosofie en natuurwetenschappen verder uit elkaar. Descartes (1596-1650) Franse filosoof en wiskundige) stond aan het begin van een mechanisch mensbeeld. De vorming van de nu conventionele geneeskunde ontstond in de 17e eeuw, toen de natuurwetenschappen een revolutionaire ontwikkeling doormaakten. Deze ontwikkeling werd gestimuleerd door de vele nieuwe apparaten en instrumenten die in die tijd werden ontwikkeld. Dit had effecten op de kwaliteit van de geneeskunde. Men leerde meer en meer over de anatomie en het functioneren van het lichaam. De werking van organen en orgaanstelsels werd beter verklaard door de nieuwe ontdekkingen.

Daardoor begon men de ziektes te zien als het gevolg van slecht functionerende organen en weefsels. Volgens dit medische model was iemand ziek als bijvoorbeeld zijn lever niet goed werkte: genees de lever en men geneest de patiënt. Binnen de geneeskunde ontwikkelden zich vele specialismen, die zich elk op een orgaansysteem van de mens of op een bepaald type behandeling richtten. Tot aan het eind van de 18e eeuw bestonden geneeskundige handelingen echter nog voornamelijk uit aderlatingen, primitieve operaties en botzettingen, laxeerkuren, braakkuren en bloedzuigers, en door het gebrek aan hygiënisch inzicht was het resultaat van de behandeling veelal ongewis. Onder andere homeopathie ontstond aan het eind van 18e eeuw in reactie op de slechte resultaten van de medische wetenschap.

De moderne geneeskunde ontwikkelde zich in de 19e eeuw. Het vertrouwen in de moderne geneeskunde als gevolg van de steeds verbeterende resultaten, leidde ertoe dat de tot dan toe gangbare behandelingen veel minder werden toegepast. In 1865 voerde Thorbecke in Nederland de Wet op de Uitoefening van de Geneeskunst in, waarna het alleen aan universitair opgeleide medici toegestaan was de geneeskunst te beoefenen. Desalniettemin werd de wet veelvuldig overtreden; traditionele behandelingen werden naast de natuurwetenschappelijke geneeswijze nog steeds uitgevoerd. In deze periode bestonden deze alternatieve behandelingen uit bijvoorbeeld fytotherapie en homeopathie, en aan het eind van de negentiende eeuw ontstond er een hausse aan patentmiddelen. Patentmiddelen waren commerciële middelen op basis van zorgvuldig geheimgehouden recepten, die met veel reclame werden aangeprezen. Ze beloofden spectaculaire resultaten op velerlei gebied. Sommige van deze middelen waren door de ingrediënten echter ronduit gevaarlijk. Wetgeving zorgde er uiteindelijk voor dat de verkoop van deze middelen werd beperkt. In de twintigste eeuw ziet men een verschuiving van de interesse naar magnetiseurs, hypnotiseurs en gebedsgenezers.

Omdat wij als mensen steeds verder van de natuur afstaan in deze maatschappij, zijn we als het ware 'vergeten' dat ons lichaam een zelfhelend vermogen heeft. Omdat de reguliere geneeskunde (en de farmaceutische industrie) zo'n grote invloed op ons heeft gehad de afgelopen 100 jaar, zijn we opgeroeid met het idee dat alleen de dokter ons kan helpen met medicijnen. Bij alternatieve therapieën worden echter aloude methodes gebruikt die minstens zo effectief kunnen zijn, maar vaak vergeten zijn door de manier hoe wij opgevoed zijn.

Filosofie

De reguliere geneeskunde gaat uit van de gedachte dat het lichaam beschouwd kan worden als een materieel object dat natuurwetenschappelijk onderzocht en geanalyseerd kan worden. De resultaten van het onderzoek worden vervolgens benut voor behandeling van ziekten, stoornissen en handicaps. De reguliere geneeskunde kent voor de behandeling van geestelijke en psychische kwalen, naast gesprekstechnieken en lichamelijke oefeningen, medicinale behandelingen die ingrijpen op een relevant geacht onderdeel van het neurologisch systeem. De reguliere geneeskunde gaat ervan uit, dat de ziekte van een persoon bestaat uit een ziek orgaan of een afwijkende functie ergens in het lichaam. Dit ziektemodel wordt soms reductionistisch genoemd, omdat de toestand van de patiënt wordt gereduceerd tot onderdelen en processen, op zoek naar het onderdeel of proces dat hapert. Gezondheid wordt daarbij gezien als de afwezigheid van ziekte. Ziekte wordt gezien als iets, wat bestreden dient te worden. Soms is een reguliere therapie werkzaam, terwijl het werkingsmechanisme (nog) onbekend is.

De reguliere geneeskunde diagnosticeert en behandelt zoveel mogelijk op basis van natuurwetenschappelijke inzichten. Van belang hierbij zijn de atomaire en moleculaire structuur van de materie en de opbouw van organismen in cellen, weefsels en organen. De effectiviteit van de behandelwijzen wordt vastgesteld met methoden van de zogeheten evidence-based medicine. Er zijn nog veel reguliere behandelwijzen waarvan de effectiviteit niet op die manier is vastgesteld.

Patiënten vinden soms dat de reguliere geneeskunde weinig tijd of aandacht heeft voor de patiënt, en dat er niet gekeken wordt naar de gehele persoonlijkheid. Het kan ook gebeuren dat reguliere artsen machteloos staan tegenover een ziekte, en dan alleen pijn of lijden kunnen proberen te verlichten. Alternatieve genezers worden vaak op zulke momenten geraadpleegd
Kenmerkend voor veel vormen van alternatieve geneeskunde, is de mens te zien als meer dan een organisme dat alleen door fysisch chemische wetmatigheden bepaald wordt. Ook andere aspecten worden betrokken bij de behandeling, zoals zingeving van leven en ziekte en de zogenaamde energetische toestand. De behandeling bij veel complementaire richtingen is vooral gericht op het vinden van een nieuwe balans, en het stimuleren van het zelfhelend vermogen van de mens.

Alternatieve therapeuten gaan uit van een holistisch model, waarbij zowel lichaam, geest en ziel een geheel vormen en samen behandeld moeten worden, of terug in balans gebracht moeten worden. Een basisprincipe van zowel de reguliere als de alternatieve behandelaar is "genees de oorzaak, niet het gevolg". Bij sommige alternatieve geneeswijzen worden de oorzaken van de klacht bijvoorbeeld in het domein van ziel of geest gezocht met een lichamelijke uitingsvorm. Bij andere geneeswijzen wordt de oorzaak gezocht in problemen met de energiehuishouding van het lichaam. De alternatieve genezer heeft veel aandacht voor de patiënt en er wordt vaak meer tijd uitgetrokken om met de hele persoon en diens (levens)visie kennis te maken.

Effectiviteit

Voor de reguliere medische wetenschap is het criterium voor een geneeswijze, naast een natuurwetenschappelijk werkingsmechanisme, of deze zijn werkzaamheid in een gedegen medisch wetenschappelijk onderzoek, bij voorkeur een dubbelblind gerandomiseerd onderzoek (RCT, Randomised controlled trial), kan aantonen. Dat wil, vereenvoudigd, zeggen: in twee gelijkwaardige groepen patiënten, van statistisch voldoende omvang, wordt het effect van de behandeling gemeten. De ene groep wordt behandeld met de te onderzoeken methode, de andere groep met een al bewezen methode of met een placebo. Er worden echter tegenwoordig grote vraagtekens gezet over de betrouwbaarheid van deze onderzoeken en over de invloed van bijv, de farmaceutische industrie op deze onderzoeken.

Bovendien wijzen alternatieve genezers er vaak op, dat het model waarmee zij werken niet binnen de medische wetenschap past: er zijn voor hen geen 100 patiënten te vinden die hetzelfde hebben, en dus met dezelfde behandeling geholpen kunnen worden. De gebruikelijke dubbelblinde gerandomiseerde onderzoeksmethode past daarom niet goed in het mensbeeld van de alternatieve geneeswijze, waar elk individu zijn eigenheid heeft en dus anders behandeld zou moeten worden. Dit leidt vaak tot een patstelling in de discussie tussen alternatieve en reguliere geneeskunde. De resultaten in de alternatieve geneeskunde worden vaak 'bijzonder en verbluffend effectief, maar niet altijd verklaarbaar' genoemd door patiënten. Patiënten knappen niet alleen lichamelijk op, maar staan na de behandelingen ook beter in het leven en zorgen beter voor zichzelf, wat ook weer een positieve preventieve werking heeft op de gezondheid. Belangrijk hierbij is te vermelden dat de reguliere en alternatieve geneeskunde elkaar niet uit hoeven te sluiten en juist een prima aanvulling op elkaar kunnen zijn.

Bovenstaande tekst is goedgekeurd door: D. Driessen - Alternatief therapeut