Bij slechtziendheid is sprake van een visus of gezichtsvermogen minder dan 30% (0.3) of het gezichtsveld is kleiner dan 30 graden. Men spreekt van zeer slechtziendheid wanneer de visus minder is dan 10% (0.1).

Er zijn verschillende vormen van slechtziendheid. Sommige mensen zien alles wazig en bij anderen is het alsof ze door een koker kijken. Er zijn ook mensen die beter zien bij schemerlicht dan bij fel licht. Anderen kunnen in de schemering juist niets meer zien.

Oorzaken

Oorzaken kunnen zijn:

Slechtziendheid kan plotseling ontstaan, maar veel vaker worden de klachten of symptomen langzaam erger. Plotselinge slechtziendheid komt voor bij een netvliesloslating en een afsluiting van netvliesbloedvaten door een bloedpropje.

Lui oog
Een aandoening die regelmatig voorkomt bij kinderen, is een zogenaamd "lui oog". Een lui oog bij een kind is goed te behandelen door het goede oog dagelijks af te plakken met een oogpleister.
Zie ook lui oog bij kinderen.

Behandeling

Slecht zien of blind zijn heeft veel invloed op het dagelijks leven. Gewoon een boek lezen gaat bijvoorbeeld niet (meer) en het is voor blinden en slechtzienden moeilijk om de weg te vinden. Welke invloed de visuele beperking precies heeft, hangt af van verschillende zaken zoals de leeftijd waarop de beperking ontstaat. Jonge mensen kunnen vaak makkelijker met de slechtziendheid leren om te gaan. Zij leren waarschijnlijk gemakkelijker braille of lopen met de witte stok.

Met hulpmiddelen en begeleiding is vaak een deel van de beperkingen op te lossen.